Het ziet er naar uit dat de parlementsverkiezingen van zondag in Spanje geen snelle oplossing voor het politieke probleem van het land hebben gebracht. De conservatieve PP verloor zetels maar bleef de grootste partij. De PP bleef ver verwijderd van een meerderheid die het politiek verdeelde land vlot zou kunnen trekken.

Op basis van exitpolls van het televisiestation TVE wint de PP tussen de 117 en 121 zetels (nu 123) in de Spaanse Tweede Kamer. Dat blijft ver verwijderd van een meerderheid van 176 zetels. Het parlement telt 350 zetels.

De links-radicale partij Podemos zou behoorlijk hoger uitkomen op 91 à 95 zetels. Daarmee zouden de socialisten zijn ingehaald. Die blijven vermoedelijk steken op 81 à 85 zetels. Samen komen deze twee partijen in de buurt van een meerderheid. De vierde grote partij is Liberal Ciudadanos. Dat verwerft volgens de peilingen tussen de 26 en 30 zetels.

Als de exitpolls kloppen, zal de PP dus de grootste partij worden. Maar die partij zal een coalitie moeten vormen. Dat mislukte na de vorige verkiezingen in december. Daarom moesten de Spanjaarden nu opnieuw naar de stembus. Het is de vraag of de PP er nu wel in zal slagen om een coalitie te vormen.

Als de PP er niet uitkomt, mag Podemos het daarna proberen. Ook die partij kwam er de afgelopen maanden niet uit in de coalitieonderhandelingen, maar Podemos zocht de afgelopen tijd meer toenadering tot de sociaal-democratische PSOE.

Als Podemos daadwerkelijk gaat regeren, zou dat een tik zijn voor de EU. Podemos voelt zich verwant aan het Griekse Syriza, en verzet zich tegen nieuwe bezuinigingen. Het Spaanse begrotingstekort is op dit moment fors hoger dan 3 procent, de norm die binnen de EU is afgesproken. Brussel wil dan ook graag dat Spanje verder in de uitgaven snijdt.

ANP/Z24

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl